6 | InfoMil Perspectief | december 2014 Grip op verwaaiend fijnstof Luchtemissies Het nieuwe fijnstofmonitoringsysteem van Energieonderzoek Centrum Nederland (ECN) biedt 'continu realtime inzicht' in het ontstaan én de beweging van wolken fijnstof. In alle uithoeken van een terrein en zelfs in het donker. Dit systeem maakt onmiddellijk ingrijpen mogelijk. Een bedrijf dat bijvoorbeeld actief is met op- en overslag van kolen, voorkomt zo overlast voor de omgeving. In de praktijk ontstaat door dit fijnstofmonitoringsysteem op de lange termijn een nauwkeurig en feitelijk onderbouwd overzicht van fijnstofemissies. Dit inzicht is van belang voor op- en overslagbedrijven, voor bouwondernemingen en andere bedrijven waar diffuse emissie van fijnstof voorkomt. Meten is Diffuse stofemissie is niet bepaald een gespreksonderwerp voor op verjaardagen, maar op industrieterreinen is deze problematiek wel aan de orde van de dag. Er is nu een meetnet om dit moeilijk grijpbare fenomeen te vangen. Bij de op- en overslag en bewerking van stuifgevoelige goederen (ofwel 'droge bulk') in de haven kunnen diffuse stofemissies ontstaan: verwaaiende wolken fijnstof. Onzichtbaar in de lucht, maar zichtbaar als aanslag op ramen of een laagje stof in tuinen. Bedrijven die diffuse stofemissie veroorzaken, nemen steeds meer maatregelen om overlast voor de omgeving te voorkomen. Maar hoe weten ze of hun inspanningen vruchten afwerpen? En wat kun je vervolgens met die kennis? Van wie komt welk stof? ECN verricht baanbrekend onderzoek naar nieuwe technologieën voor een duurzame toekomst. De nieuwe, betaalbare stofsensoren van dit onderzoeksinstituut meten de stofconcentratie in de open lucht. En daarmee het effect van getroffen maatregelen om stofverspreiding tegen te gaan. ‘Bedrijven doen tegenwoordig van alles om emissies binnen de perken te houden’, vertelt Bas van Bree van ECN. ‘Maar echt inzicht in de hoeveelheid stof die ze produceren, hebben ze niet. Probleem is ook dat bedrijven zich op een terrein bevinden waar ze niet de enige veroorzaker zijn. Dus van wie komt welk stof? Een lastige kwestie, waar ons systeem duidelijkheid in verschaſt.’ Kaartje met verwaaiende stofwolk De stofsensoren huizen in een kastje, de Airbox (zie foto in kader). ‘We installeren een netwerk van die kastjes rondom het terrein. Uitgerust met draadloze datacommunicatie, die elke tien minuten data verzendt. Ook meteorologische gegevens. In ons datacenter komen alle gegevens in een verspreidingsmodel. Vervolgens rekent het model uit in hoeverre de waarden afkomstig zijn van bronnen uit de buurt of het terrein zelf. De waarden worden weergegeven als stofwolk. Er is een kaartje te zien van hun terrein met daarop de verwaaiende stofwolk, met een bepaalde kleur. Rood betekent dat de concentratie fijnstof daar te hoog is en overlast veroorzaakt. Als dat het geval is, krijgt het bedrijf een melding. De mensen die ter plaatse aan het werk zijn, krijgen op hun mobiel het bericht dat er te veel stof is. Via het systeem kan de beheerder zelf nagaan waar het probleem vandaan komt.’ Goede relatie met omgeving Bedrijven moeten voldoen aan de wet- en regelgeving, maar er zijn geen kwantitatieve voorschriſten voor diffuus fijnstof. ‘Je kunt ook geen verplichtingen opleggen als er nog geen mogelijkheid bestaat om aan die verplichting te voldoen’, legt Van Bree uit. ‘Maar die mogelijkheid bieden wij nu wel, en als bedrijf wil je toch graag een goede relatie met je omgeving. Een meetsysteem kan bovendien in de vergunning een voorwaarde zijn om je als bedrijf ergens te kunnen vestigen. En als dit systeem een tijdje draaiende is, leidt het natuurlijk tot heldere inzichten in de effectiviteit van gehanteerde stofbestrijdingsmaatregelen. Met alle kostenbesparingen van dien.’ Pagina 5

Pagina 7

Voor PDF-en, online flyers en onderwijs catalogussen zie het Online Touch online publisher CMS systeem. Met de mogelijkheid voor een online shop in uw weekbladen.

InfoMil Perspectief 14 Lees publicatie 10Home


You need flash player to view this online publication